Stikvallei

21 augustus 1986. Bij nieuwe maan sterft al het leven in een vallei in Noord-West-Kameroen uit. Kippen, bavianen, zeboes en vogels vallen dood neer in het gras net als tweeduizend mannen, vrouwen en kinderen. Ze hebben nog geprobeerd hun kleren van het lijf te scheuren. Schade is er niet; hutten en palmen staan er onaangeroerd bij. Dit zijn de feiten. Maar wat is daar gebeurd?

Twee Nederlandse missiepaters dalen zesendertig uur na de ramp als eersten in de doodsvallei af. Wetenschappers uit Japan, Hawaii en IJsland laten zich in de dagen erna met helikopters in het rampgebied afzetten. De Afrikaanse overlevenden aan de randen van de vallei kijken in verbijstering toe.

In Stikvallei demonteert Frank Westerman elk facet van deze massale, raadselachtige sterfte. In zijn beeldende stijl toont hij drie gezichten van dezelfde gebeurtenis. Hij voert de lezer mee door het woud van verhalen dat in vijfentwintig jaar uit de compost van de feiten is opgeschoten. Welke woorden en beelden hebben zich aan de feiten gehecht en hoe zijn die uitgegroeid tot mythes? Hoe ontstaan verhalen?